Op een frisse herfstdag die druilerig van start ging, trokken we met de doggies naar Jätturn naturreservat. Een wandeling in dit natuurreservaat stond al een hele tijd op de planning maar mijn eerste poging in volle winter was hopeloos omdat ik al na 200 meter ploeteren door de sneeuw het glibberige pad kwijt was. Vervolgens kwamen lente en zomer, de seizoenen waar echt iedereen buiten komt en wij de ‘drukte’ dan maar even voorbij wilden laten voorbij waaien. De herfst dus. Met prachtige warme tinten die sterk afsteken teken de wolkjes die we blazen.
In de reservaten gelden specifieke regels. Meestal wil dat zeggen dat je er niet mag kamperen, geen open vuur mag maken, je niets mag beschadigen en dat honden aan de lijn moeten. In dit natuurreservaat is er wel een plek voorzien waar je vuur kan/mag maken en er is zelfs een houtvoorraad die je mag gebruiken. Omdat dit in afstand een langere wandeling zou worden, lieten we Ravasz een keer thuis (met een lekker knauwbeentje om het goed te maken).
Van waar wij wonen is dit ongeveer 20minuten rijden. Dat zijn 20minuten rustige banen langs meren en bossen om vervolgens aan een eenzame pijl een kleine landweg in te draaien waar precies geen einde aan komt. Het pad kronkelt doorheen het bos, langs een paar huisjes en een krot waar al minstens sinds vorige winter de was buiten hangt. Net wanneer je dan denkt verloren te zijn gereden, arriveer je plots aan een parking waar ook nog eens heel duidelijk een plannetje van de omgeving staat. En deze keer, zonder een halve meter sneeuw was de route eigenlijk super duidelijk.
Waar we ons wel serieus aan mispakten, was de hoeveelheid volk dat we zouden tegen komen. Ik dacht: ” Er gaat toch niemand op een kille herfstdag een toertje rond een afgelegen meer maken?” Maar het leek wel of heel Dalarna hier zijn zondagse toer kwam doen: gezapige ouderen, famillies met lachende kinderen op de ruggen van dappere vaders, groepen keuvelaars,… en iedereen goed uitgerust met lunchpaketten met alles erop en eraan- maar dat klinkt dramatischer dan het eigenlijk was. Op onze dagelijkse wandelingen spotten we meer wild dan tweebeners. Ik zie of hoor misschien een keer per maand een auto of merk de aanwezigheid van jagers op. Het simpele feit dat er dus andere wandelaars zijn, is dan al eigenlijk een uitzonderlijke vaststelling.
De grot, waar je met een roeiboot naartoe kan, kan je in de achtergrond zien. We riskeerden de overtocht nu niet met onze twee enthousiaste jongelingen en ijskoud water maar genoten wel een kort moment van het warm knetterend vuur dat waarschijnlijk door de eerste passanten reeds was aangestoken. Een kort moment want in tegenstelling tot de mensen die na ons arriveerden waren we dus niet voorzien van een uitgebreide lunch :-)- het leek wel Mary Poppins die haar koffer leeg haalden, zoveel eten hadden ze bij! Daarbij had Oona het ook niet met de Teckel van het gezelschap dus trokken we verder, weer naar de rustigere paden van de wandeling.
Als ik het me goed herinner, legden we de volledige wandeling af in ongeveer 3u tijd. Maar eigenlijk is het een prima route om een daguitstap van te maken. In de zomer kan je er zwemmen, met de boot naar de grot varen, worstjes roosteren boven het vuur, gezapig door het bos kuieren en een praatje maken met andere wandelaars.
Hoewel ik zonder twijfel een voorkeur heb voor eenzame wandelroutes, heb ik echt genoten van deze uitstap, de afwisseling en de ervaring. En volgende zomer neem ik de zwemvesten van de doggies een keer mee om tot aan de grot te geraken 🙂
Als je wil zien waar het ongeveer ligt in Zweden, het is de rode punaise:
Edits: Nordic Autumn presets voor Lightroom. Verkrijgbaar via Etsy.
1 Comment
Pingback: #TongueOutTuesday (49) – DOGvision